Na de drukte van Delhi en Agra brengen we een bezoek aan een meer afgelegen gebied. We gaan op tijgersafari in Ranthambhore Tiger Reserve. De chauffeur van The Coral Tree in Agra rijdt ons al toeterend naar Sawai Madhopur, een onsfeervolle hub voor de tijgerzoekende toerist. We slapen 2 nachten in de Ranthambhore Heritage Haveli. Een gloed nieuw afgelegen hotel op de zandduinen achter de stad. Vlakbij de ingang van één van de tijgerreservaten die India rijk is.
Geluk in het spel
Ranthambhore is 1.340 km2 groot en bevat naast ontelbare herten, reeën, apen en enkele krokodillen slechts 48 wilde tijgers. Het park is opgedeeld in 9 zones waarbij zone 1 t/m 5 dé tijgerspot zones zijn. Het spotten van tijgers heeft een groot deel te maken met geluk. Het is een kansspel. De ervaringen die we lezen op internet zijn evenredig verdeeld en een minimum van 3 safari’s wordt aangeraden. We beproeven ons geluk en boeken 2 jeepsafari’s via ons hotel. Om de spanning op te voeren beslist het reservaat vlak voor vertrek welke wagen welke zone mag betreden.
Tijgersafari in Ranthambhore – ochtend
Als de ochtendmensen die we zijn (haha), staan we met gemak weer om 6:30 paraat voor de jeep die ons rond stuitert door het park. Onze gids geeft ons een 99% kans om een tijger te zien want we mogen zone 3 in.
De originele entree van het tijgerreservaat laat mij geloven dat ik in Disney’s Jungle Book ben beland. Het verlaten Ranthambhore fort uit de 10e eeuw prijkt boven op de klif. De tempels, moskeeën en graftombes zijn inmiddels bewoond door families apen en het fort brengt allerlei jeugdherinneringen naar boven over een zingende oerang-oetan met 2 bananen. Nu Sherkhan nog traceren.
Ranthambhore is een natuurpark in haar puurste vorm en de route is net een ritje in een pretpark. We stuiteren van links naar rechts langs meren en een verlaten jachthuis van de koning. Als volleerde Co de Boswachters turen we door het struikgewas, over de duinen en langs de oevers van de bijna opgedroogde wateren. Tot de gids ons laat opschrikken; TIGER, TIGER! Nu stuitert de jeep van de opwinding. We zien een tijger! Als je goed kijkt. Maar hij, of eigenlijk zij, zit er.
De rangers zetten de achtervolging in. Beweegt de tijger, dan wij ook. Haarfijn weten ze te voorspellen waar deze tijger weer zal opduiken. We hebben geduld. De tijger ook en blijft uit het zicht. We rijden nog wat door de zone en op de terugweg stuiten we op een verkeersopstopping. De tijger is terug: Ze neemt geen notie van de tientallen jeeps en grote terreinwagens vol toeristen en wandelt nonchalant tussen ons door naar hoger gelegen gebied en jaagt onderweg nog even een ree en haar jong de stuipen op het lijf. Moeder natuur in vol ornaat.Tijgersafari in Ranthambhore – middag
Om 10:00u zijn we met een grote glimlach terug in ons hotel en blijken de enige te zijn die een tijger hebben gezien. Wat een geluk! Half drie laden we onszelf weer in de jeep en maken ons klaar voor de tweede tijgersafari in Ranthambhore. We hebben dezelfde gids en hij is gematigd enthousiast over de zone die we toebedeeld hebben gekregen, zone 4. Hij belooft niks. We denderen weer door kuilen, langs afgronden en over keien naar de andere kant van het meer waar ’s ochtends geen tijger te zien was.
We zijn net de berg over of er staan een aantal trucks met opgewonden toeristen die druk staan te wijzen naar een bosje. Tijger 2, de moeder van de tijger die we ’s ochtends zagen, houdt zich ver op afstand schuil in een bush. Als een stelletje bijen op honing scheuren de jeeps achter haar aan zodra ze aanstalten maakt zich te verplaatsen. Ze laat zich nog even zien en verdwijnt. Zou ik ook doen.
Het is niet te geloven maar nog geen 200 meter verderop komt tijger 3 in beeld. De andere 2 jarige dochter van de tijger die we zojuist in de bush zagen verdwijnen. Voetenbadend aan het meer houdt ze ons in de ban maar verdwijnt ook even later weer van toneel.
Onze gids houdt zich van de domme maar weet haarfijn te voorspellen waar deze dame haar rentree maakt. Het zijn gewoonte dieren, elke dag dezelfde route. Voor onze neus draait ze zich lekker rond in het gras, wast zich nog even en valt in slaap.
Wat een geluk!